De vier waarheden van gewelddadige agressie, en Rory Miller 

Rory Miller omschrijft in ‘Meditations on Violence‘ de vier waarheden van een gewelddadige agressie als volgt: deze agressie gebeurt van veel dichterbij, is veel sneller, is onverwachts en met meer kracht dan dat de meeste personen denken.
De waarheid van dichtbij
Moderne vechtstijlen hebben de tendens om hun drills in zelfverdediging te beoefenen bij een optimale afstand. De aanvaller dient minstens een halve stap te zetten alvorens hij de aanval of de bedreiging kan inzetten. De echte misdadiger geeft zijn slachtoffer deze luxe niet. Hij gaat over tot de agressie met de positieve gedachte dat zijn slachtoffer (prooi) niet de tijd zal hebben om te reageren. Het blokken en/of ontwijken dat in de dojo wordt ingeoefend, werken volgens Miller nauwelijks bij een realistische agressie. De misdadiger is de persoon die altijd het moment en de plaats van een aanval of bedreiging kiest. Dit betekent dat hij stukken dichter bij zijn prooi zal staan dan dat we meestal oefenen in de dojo of trainingszaal.
De waarheid van snelheid
Aangezien een agressor zowel moment als plaats uitkiest, zal hij zich minder zorgen maken over zijn eigen veiligheid en verdediging. De snelheid van de agressie komt voor een slachtoffer bijna altijd als overweldigend over. Miller geeft hierbij het voorbeeld van de verschillen tussen een sparringssessie en een sessie op een bokszak. Als krav maga-lesgever (of instructeur) zal je vaststellen dat bij een sparring het aantal stoten en trappen merkelijk lager ligt dan op een bokszak. Een echt straatgevecht is totaal iets anders dan een sparringssessie.
De waarheid van het onverwachte karakter
Een agressor is er zich van bewust dat zijn succeskansen een stuk hoger zijn bij een onverwachte aanval of bedreiging. Het is dus logisch dat hij hiervan gebruik zal maken. De onverwachtheid van een agressie kan bijna elke verdedigingstechniek teniet doen. Dit is één van de moeilijkste aspecten om te trainen in een dojo. In een basis-trainingssessie met zelfverdedigingstechnieken is het verrassingselement niet aanwezig.
Lees hieromtrent ook Rory’s ‘Drills, Training for sudden violence‘.
De waarheid van kracht
Het ‘nadeel’ van ‘realistische’ zelfverdedigingstechnieken trainen, is dat we onze trainingspartner niet wensen te kwetsen. Een club zou niet veel actieve leden overhouden indien dit principe niet gerespecteerd zou worden. De gemiddelde misdadiger trapt of stoot minder hard dan de kracht waarmee de gemiddelde beoefenaar van een vechtsportstijl slaat, dat is waar. Die gemiddelde misdadiger echter, slaat harder dan wat de gemiddelde vechtstijlbeoefenaar moet ondergaan tijdens zijn/haar trainingsmomenten. De kans is dus groot dat het slachtoffer tijdens een straatgevecht één of meerdere seconden bevriest, omdat de kracht van de trappen en stoten niet overeenkomt met wat hij/zij tijdens de training gewoon is.
Conclusie
Een realistische en gewelddadige agressie bevat de volgende kenmerken: zij is van dichtbij met grote snelheid en kracht, en is onverwachts. Trainingen in krav maga, of in een andere vechtsportstijl, die hierop een realistisch antwoord wensen te geven, dienen dus rekening te houden met deze vier waarheden.

Bron:
1. MILLER, Rory, Meditations on Violence, A Comparison of Martial Arts Training & Real World Violence, YMAA Publication Center Inc., 2008.
2. MILLER, Rory, Drills, Training for sudden violence, Smashwords, 2011.

Reacties